Marja Ruigrok draagt de dagelijkse leiding over bij marktonderzoeker Ruigrok NetPanel, het bedrijf dat zij 25 jaar geleden in haar eentje begon. De basis voor haar vertrek legde zij al 8 jaar geleden door medewerkers aandelen te laten kopen.
Ruigrok doet marktonderzoek voor bedrijven en overheden, van zorgverzekeraars tot pindakaas. Sinds Ruigrok haar marktonderzoeksbureau 25 jaar geleden begon is zij altijd winstgevend geweest. “Hard werken en een grote diversiteit aan opdrachtgevers”, zegt zij gevraagd naar haar geheim.
“In veel gevallen is 20 procent van je klanten verantwoordelijk voor 80 procent van je omzet. Als die uitvallen dan zit je met een groot gat. Bij ons is dat niet zo, wij hebben een stabiele klantenpiramide. We maken die piramide ook elk jaar. Je kunt daar niet altijd heel gericht op sturen, maar het doel is wel dat die piramide gelijk verdeeld is en je niet afhankelijk bent van een klein aantal afnemers.”
Artikel Sprout, 19 januari 2017
Ruigrok draagt de leiding over aan 3 medewerkers, die de afgelopen jaren aandelen opbouwden in het bedrijf. Zij blijft wel medeaandeelhouder.
Wanneer voelde je dat het tijd was om de dagelijkse leiding over te dragen?
“Mijn droom is altijd geweest het bedrijf op eigen benen te laten staan. Eind jaren ‘90 had ik een kantoor in de Beurs van Berlage en kwam er iemand langs die ook een marktonderzoeksbureau had, een dame van ongeveer 60 jaar oud. Ze liep als het ware met dat bureau onder haar arm met de vraag of ik misschien interesse had om haar bedrijf over te nemen.”
“Dat was een moment dat ik dacht: dat wil ik niet. Ik vond dat een beetje sneu en dacht, wie gaat dat kopen? in die positie wilde ik niet terecht komen.”
Acht jaar geleden begon Ruigrok daarom met medewerkersparticipatie. “Vanuit de gedachte dat ik de zeggenschap wilde overdragen. Daarom werd er ook gekozen voor echte aandelen en geen certificaten.”
Iedere medewerker – destijds waren het er 18 – met een vast contract kon aandelen kopen, per persoon minimaal 1 procent van het bedrijf. Om de drempel te verlagen liet Ruigrok haar medewerkers 25 procent van de aankoopsom zelf meebrengen, de overige 75 procent konden ze inlenen bij de holding.
“Toen ik aan de slag ging met medewerkersparticipatie, heb ik ook advies gevraagd aan andere ondernemers. Ik kreeg eigenlijk alleen te horen dat je vooral geen medezeggenschap moest weggeven. Maar ik wil mensen juist meezuigen in het ondernemerschap.”
“Ik had mijn bedrijf het ook kunnen verkopen aan een groot marktonderzoeksbureau, maar dan verlies je de eigenheid van het bedrijf”, zegt Ruigrok, die evenmin externe financiers aan boord hoefde te halen.
Je begon destijds als zelfstandige, maar het werd al snel iets groters?
“Ik werkte de eerste drie jaar alleen. Ik was 25 en liep geen enkel risico. Maar ik wilde echt bouwen aan een bedrijf.”
Ruigrok is ook fractievoorzitter van de VVD in Amsterdam. Vorig jaar diende zij een (aangenomen) voorstel in, ‘Van ZZP’er naar ZMP’er’, dat meer zelfstandigen moet stimuleren om mensen aan te nemen.
“Zzp’ers zien beren op de weg bij het aannemen van mensen. Terwijl het goed zou zijn als een groter deel van die groep van 1 miljoen zzp’ers ook mensen zouden aannemen. Dat is goed voor de groei van banen, opdrachten en de huur en koop van bedrijfsruimte.”
Wat waren tot nu toe je grootste hoogte- en dieptepunten als ondernemer?
“Het bedrijf op eigen benen zien staan is een hoogtepunt. Van kindje naar volwassen twintiger. Daar ben ik ontzettend trots op. Echte dieptepunten hebben we niet gekend, vooral omdat we goed door de crisis zijn gekomen.”
What’s next?
“Ik ga me storten op mentorschap, zoals bij Rockstart en NLgroeit. Ik voer gesprekken om iets binnen de startup-wereld te gaan doen.”
“Bij Ruigrok heb ik mijn werkplek bewust opgeven. Ik zwerf nu een beetje door de stad, langs plekken zoals Rockstart en TQ. Ik zit daar aan tafel met allemaal verschillende bedrijfjes. De een maakt een office-app, de ander een draagbare gezondheidsmeter, een derde een dienst waarop je als toerist met een gezin spullen kan lenen en weer een ander verrijkt grond in Zambia.”
‘En iedereen die mij een beetje kent, weet dat ik het niet kan laten me te blijven bemoeien met mijn bedrijf. Ik zal altijd mijn netwerk inzetten voor nieuwe contacten en mogelijke kansen’.”