4 en 5 mei 2023

Het waren weer mooie dagen, 4 en 5 mei van dit jaar. Op 4 mei mocht ik de gemeente Haarlemmermeer vertegenwoordigen bij de herdenking bij Burgerveen en Rijsenhout. Dit keer was er ook een groep bewoners van het Van der Valk Hotel aanwezig die hun eigen land ontvlucht zijn. Zij hadden een prachtige krans gemaakt van afvalplastic en kwamen die met veel respect neerleggen bij ons monument. De volgende dag waren zij ook aanwezig bij de Vrijheidsmaaltijd in Dorpshuis de Reede. Lees verder voor de prachtige tekst van de toespraak die burgemeester, wethouders en raadsleden in diverse kernen voor hebben gedragen.

Dames, heren, jongens, meisjes, beste inwoners van Haarlemmermeer,

Vanavond zijn wij hier weer bij elkaar om te herdenken. We herdenken dat 83 jaar geleden de Duitsers ons land binnenvielen. Vijf jaar lang hield de bezetter ons land in zijn greep. Er vonden ongekende wreedheden plaats, van een omvang die ook nu nog ons voorstellingsvermogen te boven gaat. Op 5 mei 1945 kwam een einde aan deze donkere periode. Maar voordat we kunnen vieren, staan we eerst stil bij al die dappere, gewone en verschillende mensen die slachtoffer waren van die oorlog.

Een oorlog laat diepe sporen achter. Bij diegenen die de oorlog aan den lijve hebben ondervonden. Maar de pijn, het verdriet, de woede, de onmacht én het schuldgevoel liggen als een zware schaduw over de naoorlogse gezinnen. Zelfs nu nog wordt die schaduw gevoeld, door de kleinkinderen, soms zelfs de achterkleinkinderen, hoewel zij de verhalen alleen uit de overlevering kennen. Oorlog wringt zich naar binnen en de kilheid die dat met zich meebrengt, kan generaties lang duren.

Ook hier in Haarlemmermeer hebben vreselijke gebeurtenissen plaatsgevonden. We lezen erover in boeken, we leven mee en we zijn trots op de inwoners die een vuist maakten tegen de Duitsers. De familie Boogaard bijvoorbeeld: zij waren een veilige haven voor honderden Joodse mensen. Ze kwamen met de bus, of werden achter op de fiets gebracht. Hoeveel mensen ook onderdak nodig hadden, er werd altijd plaats gemaakt.

En nooit zullen we die afschuwelijke razzia vergeten, die razzia die plaatsvond op 6 oktober 1943.

Metje Boogaard staat op die dag in de keuken in haar woning aan de Sloterweg bij Nieuw-Vennep, als ze komen: twee politieagenten in burger. Eigenlijk waren ze op zoek naar een illegale slachterij. Maar toen ze die niet vonden, liepen ze de boomgaard in. Daar hielden meer dan 20 Joodse kinderen en bijna 34 volwassenen zich verborgen.

Een van die kinderen was Esther de Hond-Piller, toen 18 jaar oud. ‘Er was verschrikkelijke paniek’, vertelde ze later. ‘We hoorden schieten: een van de politiemannen werd doodgeschoten. De andere man, die ons had gevonden, rende de boomgaard uit, richting het huis.

Willem Boogaard, de oom van Metje, nam de kinderen mee. Om zich te verbergen voor de in allerijl opgetrommelde agenten en militairen -het waren er honderden- is hij met de kinderen in de sloot gaan staan, tegen de walkant aan.

‘De kinderen stonden te schudden van angst. Ze trilden niet, ze schúdden van angst’, vertelde Willem Boogaard later. Een dag lang, 12 uur lang, stonden de kinderen in de sloot, tot het veilig genoeg was: om naar een hooiberg, wat verderop in het land, te sluipen. Met zijn handen groef Willem gaten in het kaf, waar de kinderen in konden staan. Zo hebben ze nog een nacht en een dag gewacht, tot echt alle agenten uit het gebied verdwenen waren.

De kinderen overleefden de razzia. Maar de volwassen Joodse onderduikers werden weggevoerd naar de gaskamers. Niemand van hen kwam terug.

Ieder jaar vertellen we op 4 mei de verhalen van de slachtoffers van de oorlog. We spreken hun namen uit, zodat we hen niet vergeten. Maar dat kan niet de onmenselijke kilte van de oorlog wegnemen: een kilte die je dromen bepaalt, die altijd wordt gevoeld, en die zich ineens weer manifesteert als een bepaald onderwerp wordt aangesneden.

De gevolgen voor de Boogaards zijn vreselijk geweest. Hannis en Theunis Boogaard overleden in respectievelijk Sachsenhausen en Oraniënburg. Pieter en Aagje Boogaard keerden terug, maar zouden nooit meer herstellen. Pieter overleed in 1944 aan de ontberingen van het kamp.

Wat de familie Boogaard deed, maar ook de families Breijer, Dekker, Van Stam en De Clercq en vele anderen, getuigt van moed en een grenzeloze gemeenschapszin. Dankzij hen overleefden velen de Tweede Wereldoorlog. Maar de offers die zij brachten, waren groot.

Ieder jaar staan we stil bij deze vreselijke tijd. Ieder jaar herdenken we en spreken we de namen van onze helden uit. En we weten allemaal: dit mag nóóit meer gebeuren. Dít mogen we nóóit meer laten gebeuren.

Wij leven al 78 jaar in een vrije samenleving. Heel langzaam verdwijnt de kilte, de schaduw uit de levens van de nazaten van de slachtoffers en diegenen die de oorlog overleefd hebben.

Maar om ons heen staat de wereld in brand. Vele mensen zijn op de vlucht en hebben geliefden moeten achterlaten. En hoewel zij misschien nu in veiligheid zijn, zijn de zorgen, de onzekerheid en angst over geliefden en vrienden in het thuisland groot. Ook zij voelen de beklemmende kilte van de oorlog om hun hart.

Wij kunnen de oorlogen die in de wereld woeden niet beëindigen. Maar we kunnen wel veiligheid en warmte bieden aan hen die dat nodig hebben.

Beste mensen,

Oorlog is onmenselijk. We mogen niet vergeten welke offers er zijn gebracht in 1940 – 1945. We mogen niet vergeten hoe men toen de deuren openzette voor wie dat nodig had. En wij mogen niet, nóóit toelaten dat de kilte en de wreedheid van de oorlog onze samenleving, ons en onze kinderen weer overneemt.

Geef een reactie