VRA event positief over OV

Deze week organiseerde de Vervoerregio samen met het OV-Magazine een webinar over het openbaar vervoer. Goed om te zien dat het belang van het OV, zeker in combinatie met de woningbouwopgave, breed gedeeld werd. Ik mocht diverse OV-woordvoerders uit de Tweede Kamer spreken over dit onderwerp. De bijdrage van Pascal Smet is een aanrader! En verder in dit artikel: mijn kleinkind in de hoofdfoto (toeval bestaat niet!).

Politici, bestuurders, experts en ov-liefhebbers verzamelden zich afgelopen donderdag tijdens het digitale event ´OV in Transitie – Stappen naar 2040´. Centraal stond de vraag: hoe komt het openbaar vervoer de coronacrisis uit? Terwijl alle aanwezigen de zeer grote uitdagingen voor de ov-sector erkennen, was er toch vooral optimisme om met veel energie en innovatieve ideeën de komende jaren in te gaan.

door Tirza Drent

De organisatie van het event was in handen van de Vervoerregio Amsterdam en OV-Magazine. Egbert de Vries, voorzitter van de Vervoerregio Amsterdam, en Jan van Selm, directeur van DOVA, beten de spits af. Samen met de hoofdredacteur van OV-Magazine, Guus Puylaert, gingen ze de discussie aan over de huidige opgaves. ‘Reizen moet toegankelijk zijn en blijven voor iedereen. Ook voor mensen met een beperking. Tegelijkertijd moeten we inzetten op nieuwe en betere verbindingen’, aldus Egbert de Vries. Dit is belangrijk want aan alle maatschappelijk opgaves moet het OV een bijdrage leveren; dat is wat zijn totaliteit het ‘Toekomstbeeld OV 2040’ omvat, voegt Jan van Selm hieraan toe. Volgens Van Selm is het belangrijk dat we elkaar vinden in de samenhang van de aankomende transities, om zo het beste de reiziger te kunnen dienen. De Vries heeft groot vertrouwen in de transitie: ‘Iedereen die ik spreek wil echt voor de reiziger gaan. Voor het ov-personeel zijn de lege voortuigen ook vervelend. Ook de reizigers die ik spreek, hebben weer zin om erop uit te gaan’.

Schouder aan schouder

Dagvoorzitter Rogier Elshout merkt op dat terwijl in de landelijke politiek de tegenstellingen steeds scherper worden de politieke tegenpolen juist voor het openbaar vervoer schouder aan schouder staan. Kauthar Bouchallikht (GroenLinks) is groot ov-fan: ‘Ik hou van het ov, het is niet alleen een manier om te reizen maar ook om te verbinden.’ Wel maakt ze zich zorgen. ‘We moeten niet de ene crisis de andere laten versterken.’ Volgens het Kamerlid is goed openbaar vervoer een essentieel onderdeel in de aanpak van de klimaatcrisis. ‘Het is niet alleen tof en mooi, maar ook noodzakelijk.’

Ontsluiting nieuwe woonwijken

Die noodzaak van het ov zien andere Kamerleden ook. Faissal Boulakjar (D66) vertelt dat bijna elke partij een miljoen woningen wil bouwen, ‘maar daar zal je altijd de koppeling met ontsluiting van woonwijken moeten leggen.’ Ook Fahid Minhas (VVD) kan zich hierin vinden. ‘Ons land groeit, het belangrijkste is: hoe zorgen we ervoor dat we voldoende woningen hebben? Alle regio’s leveren een belangrijke bijdrage aan de woningbouwopgave.’ Ook volgens Minhas moeten woningbouw en bereikbaarheid hierbij hand in hand gaan. Chris Stoffer (SGP) onderstreept hierbij nog het belang om buiten de box te denken om Nederland voor iedereen bereikbaar te maken.

Slim en innovatief

De toekomstige generatie kan natuurlijk ook niet ontbreken. Jong OV Amsterdam (oftewel J-OVA) focust op slimme en innovatieve oplossing voor mobiliteitsproblemen. DB-lid en wethouder Gerard Slegers ging met J-OVA in gesprek over hun pas gevonden oplossingen voor spitsmijden. Na drie verfrissende pitches was het winnende idee die van het ‘flexuurtje’ voor studenten. Studenten zijn namelijk een van de grootste groepen in de spits. Door de eerste en laatste colleges online te geven, krijgen studenten de kans om nog even wat langer in bed te liggen en lekker op tijd naar huis te gaan en zo de spits te vermijden.

Zuiderburen

Onze zuiderburen staan ook voor enorme mobiliteits- en verstedelijkingsopgave. Wie kan daar beter over vertellen dan de Brusselse staatsecretaris voor verstedelijking Pascal Smet. Smet is man met een plan. Sommige dingen moeten worden gedaan ook al heeft niet iedereen er meteen zin in maakt hij meteen duidelijk. ‘Make people happy against their will’, aldus Smet. Als voorbeeld noemt hij het vervangen van parkeerplekken in de stad voor terrassen. Velen wilden de parkeerplekken behouden, maar toen er eenmaal geborreld kon worden was er niemand meer die erover ‘zaagde’. Zelf zegt hij wel jaloers te zijn op hoe alles georganiseerd is in Nederland. Wel wil hij zijn noorderbuur meegeven dat er niet te veel gecentraliseerd moet worden: het is juist zaak om te decentraliseren op juiste niveau. Zones moeten logisch worden ingericht met oog op de forenzen.

2040

Kortom, genoeg inspiratie om de schouders eronder te zetten en door te gaan naar 2040. Het belang van goed openbaar vervoer, fondsen voor beheer, onderhoud en ruimte voor nieuwe plannen zijn nog duidelijker geworden. De ov-gemeenschap heeft duidelijk zin om samen op pad naar de toekomst te gaan. Of zoals Bart de Buschauffeur zegt: ‘Waar je ook moet zijn, het openbaar vervoer brengt je met liefde.’

Geef een reactie